Uit de inleiding: (zie onderaan)
Hoe verder?
De provincie wil starten met de uitvoering van een aantal ‘Pronkjewails’. Het gaat om kleinere projecten die binnen het huidige beleid zijn in te passen, zoals het verder ontwikkelen van een duurzame kringloop op de boerderij, onderzoek naar de gevolgen van vernatting van de bodem voor de bedrijfsvoering van 10 boeren bij de Tolberter Petten en een proef met mestvergisting. Nadat er meer duidelijkheid vanuit het Rijk komt over de opvolging van het Nationaal Programma Landelijk Gebied en een nieuw te vormen college de koers heeft bepaald, kan er gewerkt worden aan de uitvoering van de complexere opgaven.
3.6 Westerwolde
Figuur 3.5: Belangrijkste landschappelijke- en grondgebruiksfuncties Westerwolde
Opbrengst uit het gebiedsproces (opbrengsten en maatregelopties)
- Er zijn al veel initiatieven en lopende projecten in het gebied die bijdragen aan de opgaven voor landbouw & klimaat, natuur en water;
- Klimatologische ontwikkelingen vragen te kijken naar de droogleggingsnorm. Verkennen van sturing op het beperken van areaal ’te droog’ (adaptief peilbeheer);
- Optimaliseren van de balans tussen het gebruik en behoud van zoetwater (onder andere door meer water in de natuurgebieden vast te houden);
- Groenblauwe dooradering uitleggen op overheidsgronden en via agrarisch natuur- en landschapsbeheer op agrarische gronden;
- Aandacht voor samenwerking akkerbouw en veehouderij voor (regionale) mestkringloop.
- Gebruikmaken van de innovatiekracht in het gebied.
Landbouw & klimaat
Emissiereductie: de methaanemissieopgavereductie in de landbouw is relatief gering in Westerwolde, omdat het aantal akkerbouwbedrijven groot is en de veehouderij een relatief geringe omvang kent. Daarmee is de reductieopgave ook gering. In het deelgebiedsproces is de verwachting uitgesproken dat de opgave gehaald zou kunnen worden via de afbouw van de derogatie. Dit is echter niet met zekerheid te zeggen omdat nog onbekend is wat de precieze effecten van het afbouwen van derogatie in Westerwolde zullen zijn. In het noordelijk deel van het deelgebied ligt een areaal met klei op veen. Hier wordt door het waterschap bezien hoe, wellicht in combinatie met het plaatsen van een nieuw gemaal bij Ulsda, het grondwaterpeil kan worden verhoogd om koolstofemissies vanuit het veen te verminderen.
Koolstofvastlegging Opslag koolstof in bodems is lastig in zandgrond. In bredere zin wordt vanuit de Stichting Innovatie Veenkoloniën onderzocht of en in hoeverre ook op zandgrond koolstofkan worden vastgelegd.
Natuur
NNN: het NNN is grotendeels gereed. Momenteel wordt in het gebied gewerkt aan het inrichten van percelen binnen het NNN die recentelijk verworven zijn of aangemeld voor particulier natuurbeheer (postzegelplekjes). Verder worden alle ingerichte gebieden geschouwd om te kijken of het beheer bijdraagt aan de gestelde opgaven en uitdagingen voor natuur en afspraken worden nagekomen. Zo nodig worden verbeterplannen gemaakt. In diverse richtingen liggen verder mogelijkheden om het NNN te versterken. Het betreft onder andere: Wessinghuizen, ’t Stobke- Hofte, Vennenweg, Smeerling, Dikke Eikweg/Harpelerweg, Vlagtweddeveldhuis, De Strengen, Ellersinghuizen, Kempkebosweg Wessinghuizen en Lutjeloo. Verder zijn er kansen om verbindingszones langs het Pagediep, Mussel Aa en tussen Bourtange en Duitsland aan te leggen.VHR: er is een natuurdoelanalyse van Natura 2000-gebied Liefstinghsbroek opgesteld. Hiermee is een gedegen ecologische analyse van de toestand van Liefstinghsbroek beschikbaar inclusief concrete voorgestelde maatregelen, bestaande uit stikstofreductie en verbetering van de hydrologische situatie in en rond het gebied ten gunste van de natuur in het Liefstinghsbroek. De provincie is in samenwerking met de adviescommissie Liefstinghsbroek bezig met concretisering en uitvoering van deze maatregelen.GBDA en Bossen: er is in kaart gebracht welk deel van de GBDA op overheidsgronden kan worden gerealiseerd. Dat blijkt een groot deel van de opgave te zijn. In de komende periode moet hier energie in worden gestoken, in samenwerking met de gemeenten, provincie en waterschap. Het ligt voor de hand om deze aanpak deelgebiedoverstijgend te laten zijn, omdat in vrijwel alle deelgebieden een forse GBDA opgave bestaat die (groten)deels valt in te vullen door inzet van overheidsgronden. Daarnaast kan ANLb wellicht grootschaliger worden ingezet om de opgave te realiseren.Voor nieuw bos en hout geldt dat in Westerwolde een groot aantal potentieel interessante gebieden is aangewezen binnen de kansenkaart Bos en Hout. Momenteel wordt een perceel nabij Vriescheloo ingericht als nieuw bos.
Water
Verbeteren waterkwaliteit: voor het verbeteren van waterkwaliteit wordt aangehaakt bij de maatregelen die zijn benoemd in het deelgebiedsplan Veenkoloniën, aangezien een groot deel van Westerwolde een veenkoloniaal bouwplan kent. De volgende opties zijn in beeld:
- Inzet op stimuleren van minder uitspoelingsgevoelige rassen, rasveredeling en het ontmoedigenvan bepaalde teelten;
- Verminderen van gebruik van gewasbeschermingsmiddelen door robotisering en precisielandbouw(hiermee worden al ervaringen opgedaan);
- Meer aanleggen van bufferstroken langs watergangen mits voldoende vergoed;
- Het aanleggen van centrale wasplaatsen.
In het gebiedsplan Innovatie Veenkoloniën wordt naast deze maatregelen ingezet op gedegen monitoring om te kunnen beoordelen of de maatregelen het gewenste effect hebben en zo nodig bij te kunnen sturen.
Waterkwantiteit: Westerwolde is sterk afhankelijk van de aanvoer van IJsselmeerwater. Het is niet vanzelfsprekend dat in de toekomst altijd voldoende aanvoer gegarandeerd is. Er wordt onderzocht of het mogelijk is om water langer in het gebied vast te houden in het grondwater, en deze reserve te benutten voor beregening. Een wijziging van de droogleggingsnorm van 5% naar 10% is in dit verband een optie die wordt onderzocht. Daarnaast is in het gebiedsplan innovatie Veenkoloniën als waterbesparende optie druppelirrigatie genoemd.
KoppelkansenIn het deelgebiedsplan is binnen 13 parels in beeld gebracht aan welke deelopgaven ze een bijdrage leveren (zie volgende pagina). Binnen de parels zien we de volgende koppelkansen:
- Landschapswerkplaats: gebruik maken van bestaande initiatieven zoals de Landschaps-werkplaats. Een deel van deze projecten is ook benoemd als parel in Westerwolde;
- Regiodeal natuurinclusieve landbouw: terreinbeherende partijen werken gezamenlijk aan initiatieven zoals het actieplan Groninger Akkervogels 2022-2030, het Landschapsconvenant enEssentie (Herstel essencomplexen);
- Recreatieve ontwikkeling: in het gebied zijn veel wandel- en fietspaden die vooral in hetzomerseizoen druk gebruikt worden. Het toekomstbestendig maken van het landelijk gebied biedt voor Westerwolde de mogelijkheid om het recreatieaanbod naar een hoger plan te trekken. De Kloosterenclave Ter Apel biedt kansen voor extra economisch perspectief;
- Stichting Innovatie Veenkoloniën: een deel van Westerwolde kent een veenkoloniaal bouwplan. Een samenwerking tussen de overheid en de sector met betrekking tot de opgaven in het gebied geeft een plus.
Beschrijving deelgebied
Westerwolde bestaat uit meerdere landschappen: het open veen- en heideontginningslandschap met centraal -van noord naar zuid- door het gebied een kleinschalig en besloten esdorpenlandschap. Dit gebied kent een aaneenschakeling van natuurgebieden die onderling verbonden zijn door de Ruiten Aa en noordelijk de Westerwoldsche Aa. De natuurgebieden maken onderdeel uit van het Natuurnetwerk Nederland. In Westerwolde ligt ook het Liefstinghsbroek, een kleinschalig N2000-gebied met stikstofgevoelige natuur.Er is een duidelijk contrast tussen het kleinschalige en besloten esdorpenlandschap en het meer rationele en open ontginningslandschap. In het esdorpenlandschap is sprake van meer kleinschalige landbouw gecombineerd met toerisme en recreatie. In het ontginningslandschap is het overgrote deel van de 350 agrarische bedrijven gevestigd. Dit is een waardevol en te koesteren landbouwgebied. De ruimtelijke structuur van het landschap en de waterhuishouding maken dit gebied zeer geschikt voor met name akkerbouw met producten als zetmeelaardappelen, granen en suikerbieten. De ketens met verwerkingsbedrijven zijn hier kort. Naast akkerbouw is er een aantal grootschalige veehouderijen met onder andere melkvee, rundvee, varkens, pluimvee, schapen en geiten in het gebied.
Werkwijze van het deelgebied
In Westerwolde is gestart met een brede informatieavond in juni 2023 waarna een voorbereidingsgroep is opgericht. In een kennissessie in het najaar van 2023 is met een groep van ongeveer 30 mensen uit de verschillende sectoren (landbouw, natuur, water, gemeente, inwoners) kennis gedeeld over het gebied en de opgaven. Daarna waren er brede inlopen op een landbouwavond, een avond voor inwoners en een tweede kennissessie. In februari 2024 werd duidelijk dat de deelnemende vertegenwoordigers vanuit de landbouw onder meer van oordeel waren dat de landbouwinbreng in het deelgebiedsproces onvoldoende was en werd de deelname aan de voorbereidingsgroep opgeschort, waarmee het lopende gebiedsproces als zodanig werd opgeheven. Vervolgens is verder gegaan met het inventariseren van de verschillende plannen en initiatieven die in Westerwolde lopen en opgezet worden. Onder de noemer ‘parels’ is in beeld gebracht hoe er door veel verschillende partijen gewerkt wordt aan (delen) van de opgaven. Deze parels zijn in juni met ca 30 vertegenwoordigers uit het gebied besproken. De hieronder genoemde projecten zijn niet getoetst op draagvlak in het gebied vanwege het stopgezette gebiedsproces.
De onderstaande 13 parels zijn benoemd. Zie voor een uitwerking het deelgebiedsplan van Westerwolde.
- Ecologische verbindingen
- Regiodeal natuurinclusieve landbouw
- Polder Binnenlanden
- Liefstinghsbroek (N2000-gebied)
- Bedrijfsbodem- & waterplan
- Agrarisch natuurbeheer- en landschapsbeheer
- Adaptief peilbeheer
- Recreatieve ontwikkeling
- Bosaanleg Vriescheloo
- Groen Blauwe dooradering (bermen, sloten en schouwpaden)
- Voedseltuin Westerwolde
- Veenkoloniaal Bouwplan (Gebiedsplan Innovatie Veenkoloniën, bouwplan van de toekomst)
- Mestverwaarding & kringloop nutriënten
12 november 2024
Inleiding:
College legt plan landelijk gebied voor aan Provinciale Staten
Het college heeft het gebiedsplan voor de Toekomst van het Landelijk Gebied (TLG) vastgesteld. Het document bevat verschillende initiatieven van deelnemers aan het gebiedsproces, de ‘Pronkjewails’, en andere maatregelen gericht op natuurherstel, een robuuster watersysteem, bodemkwaliteit en een duurzamere landbouw. Het plan dient het als leidraad om in samenhang te werken aan de opgaven voor landbouw, natuur, water en klimaat. Het gebiedsplan is het resultaat van het proces dat de afgelopen twee jaar in de hele provincie gevoerd is.
Wij wijzen u er graag op dat op woensdag 20 november het gebiedsplan ambtelijk wordt toegelicht tijdens ‘Praten met de Staten’ – klik op het linkje voor meer informatie, dan is er van 13.00 tot 14.00 uur een ambtelijke toelichting op het gebiedsplan Toekomst Landelijk Gebied en tussen 16.00 – 17.00 uur kunt u hierover met Statenleden in gesprek. Op 4 december wordt het besproken in de Statencommissie, dan is er de mogelijkheid tot inspreken en op 18 december staat het gebiedsplan ter besluitvorming op de Statenagenda.
Deelgebieden
In zeven deelgebieden is er ruim een jaar lang met veel betrokkenen (totaal ruim 200), intensief meegedacht over wat er nodig en mogelijk is voor een toekomstbestendig platteland. De uitkomst hiervan is vastgelegd in zeven deelgebiedsplannen. Het gebiedsplan TLG ( PDF-bestand, 7 MB) is tot stand gekomen met input uit deze deelgebiedsplannen. Het gebiedsplan is verschillende keren ter consultatie voorgelegd aan twee adviesgroepen, met een vertegenwoordiging van de gemeenten en waterschappen en landbouw- en natuurorganisaties. Deze adviezen gaan samen met het gebiedsplan en de deelgebiedsplannen naar Provinciale Staten.
Inspraak
In 2022 heeft het Rijk de provincies gevraagd een gebiedsplan op te stellen, met daarin het benodigde geldbedrag voor de uitvoering. De provincie was van plan over dit gebiedsplan een inspraakronde te houden voordat dit plan naar het Rijk zou worden gestuurd. Nu de verplichting van het Rijk om een gebiedsplan op te leveren vervalt, is het karakter van het document veranderd. Zodra de status van een volgend programma bekend is, informeren wij u over de mogelijkheden voor inspraak.
Goede basis
Met het gebiedsplan kan Groningen werken aan een gezonde leefomgeving, met het herstel van de soorten planten en dieren die bij het Groninger land horen en die belangrijk zijn voor ons landschap, met een blijvend perspectief voor de landbouw. Het is een goede basis voor het maken van meer concrete plannen. Tegelijkertijd zijn er al initiatieven bekend, waarvan de betrokkenen verder willen praten over uitvoering op de korte termijn. Met de gebieden, overheden en landbouw- en natuurorganisaties kan het nieuwe college afspraken maken over een uitvoeringsprogramma TLG.
Hoe verder?
De provincie wil starten met de uitvoering van een aantal ‘Pronkjewails’. Het gaat om kleinere projecten die binnen het huidige beleid zijn in te passen, zoals het verder ontwikkelen van een duurzame kringloop op de boerderij, onderzoek naar de gevolgen van vernatting van de bodem voor de bedrijfsvoering van 10 boeren bij de Tolberter Petten en een proef met mestvergisting. Nadat er meer duidelijkheid vanuit het Rijk komt over de opvolging van het Nationaal Programma Landelijk Gebied en een nieuw te vormen college de koers heeft bepaald, kan er gewerkt worden aan de uitvoering van de complexere opgaven.